Wanneer wordt u eigenaar van een gekocht product?

4 okt 2019

Eigendom is het meest omvattende recht op een goed. Een eigenaar kan met zijn bezit in principe dan ook doen en laten wat hij wil. Hij kan het, bij voorbeeld, verhuren, aan iemand anders in bruikleen geven, als zekerheid in onderpand geven, maar ook verkopen. Bij verkoop gaan al deze rechten over op de nieuwe eigenaar.

Zeker in faillissementssituaties is het relevant of de eigendom wel of niet is overgegaan. Als de eigendom is overgegaan, kan de koper dat namelijk inroepen tegen de curator. Maar wanneer gaat het eigendomsrecht eigenlijk over?

De overeenstemming is niet voldoende

Anders dan veel mensen denken, is de totstandkoming van een koopovereenkomst in beginsel niet voldoende om de eigendom te laten overgaan van de “oude” naar de “nieuwe” eigenaar. Als u, bijvoorbeeld, via Marktplaats een kinderfiets koopt, wordt u met het bereiken van de overeenstemming an sich nog geen eigenaar.

De betaling van de koopprijs is niet relevant

Ook de betaling van de koopprijs is niet relevant voor de eigendomsovergang. Als u een trui via internet koopt, en via de webshop (vooraf) betaalt, rust op de verkoper weliswaar de verplichting om de trui aan u toe te zenden, maar is de trui nog niet uw eigendom. Anderzijds wordt u wél reeds eigenaar van een geleverde wasmachine die u op afbetaling bij een postorderbedrijf hebt gekocht (tenzij er uiteraard sprake is van eigendomsvoorbehoud).

Wanneer vindt de eigendomsoverdracht dan plaats?

Bij tastbare objecten vindt de levering in principe plaats op het moment dat de “oude” eigenaar het product verstrekt aan de “nieuwe” eigenaar.

Soms is levering toch niet nodig voor eigendomsoverdracht

In sommige situaties is het voor de koper en de verkoper niet mogelijk, of niet handig, om het product fysiek te overhandigen. Voor drie van dergelijke gevallen heeft de wetgever nadrukkelijk geregeld dat de eigendomsoverdracht kan plaatsvinden zonder dat het product feitelijk door de verkoper wordt overgedragen aan de koper, te weten:

  1. als de verkoper de zaak ten tijde van de verkoop onder zich heeft en in de daaropvolgende periode onder zich zal houden (bij voorbeeld omdat hij deze gaat huren van de koper);
  2. als de koper de zaak ten tijde van de verkoop al onder zich heeft (bijvoorbeeld omdat hij deze al huurde van de verkoper);
  3. als het product ten tijde van de verkoop bij een derde staat en nadien ook bij deze derde blijft.

In deze situaties volstaat de enkele wilsovereenstemming van partijen om de eigendom over te dragen.

Let op, op de momenten dat dat nodig is

In veel gevallen is het niet relevant wanneer de eigendom van een product precies is overgegaan. Het maakt de koper van een trui vaak niet veel uit of hij nu 1 of 2 dagen later eigenaar wordt van die trui.

In faillissementssituaties ligt dit echter anders. Als de eigendom niet is overgedragen voordat het faillissement is uitgesproken, kan de eigendom niet meer worden verkregen. In dat geval is de failliet de eigenaar van het product gebleven en resteert voor de koper een concurrente vordering. Als u voor ogen houdt dat concurrente schuldeisers in veruit de meeste faillissementen nauwelijks tot geen betaling ontvangen, begrijpt u dat dat geen prettige positie is.

Een praktijkvoorbeeld, ter illustratie

Recent speelde een dergelijke kwestie voor een cliënt van ons kantoor. Die cliënt was met zijn voormalig werkgever overeengekomen dat hij een machine zou overnemen, die hij op dat moment op verzoek van zijn werkgever in bewaring had. In ruil daarvoor deed hij afstand van een deel van zijn vorderingen.

Voordat de bij die machine behorende licentie werd overgedragen, ging de werkgever op eigen verzoek failliet. Hierop vorderde de curator afgifte van de machine door cliënt. In de ogen van de curator was de machine nog niet (volledig) aan cliënt geleverd, omdat cliënt de betreffende licentie niet had ontvangen. Hij verwees daarbij naar enkele uitspraken van de voormalig jurist van cliënt, die de curator na het faillissement had verzocht om levering van de machine en de licentie.

Met succes hebben wij bepleit dat de machine en de licentie twee verschillende objecten waren, die allebei zelfstandig en op hun eigen wijze moesten worden geleverd. Doordat de licentie niet was overgedragen, lagen de rechten daarvan nog bij het failliete bedrijf; de machine was echter rechtsgeldig overgedragen, doordat partijen ten tijde van het bereiken van de overeenstemming beoogden dat cliënt de machine (die hij op dat moment al onder zich had) voortaan voor zichzelf zou gaan houden. Aldus mocht cliënt de machine houden, oordeelde de rechter in zijn uitspraak (zie deze link).

Vragen

Als u twijfelt of u de eigendomsoverdracht van één of meerdere transacties goed geregeld hebt en/of wilt onderzoeken of dit wellicht kan worden verbeterd, bespreken wij dat graag met u.