De laatste jaren zijn verschillende wijzigingen doorgevoerd in de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML). Per 1 januari 2018 hebben er weer nieuwe wijzigingen plaatsgevonden. Een voor de praktijk relevante wijziging is dat het minimumloon voortaan ook geldt voor personen die op basis van een overeenkomst van opdracht tegen beloning werken (zzp-ers). Een andere belangrijke wijziging is dat vakantietoeslag (ook wel vakantiegeld en vakantietoeslag genoemd) in het vervolg betaald moet worden over overwerk.
Achtergrond
Deze wijzigingen in de WML zijn een politieke wens om te voorkomen dat de arbeidsmarkt wordt ‘ondermijnd’ door arbeidskrachten die werken tegen een beloning onder het wettelijk minimumloon. (Per 1 januari 2018 is het wettelijke minimumloon € 1.578,- per maand voor werknemers van 22 jaar en ouder bij een volledig dienstverband.) Dat gevaar dreigt met name bij werknemers uit Oost-Europese landen en bij ‘schijnzelfstandigen’. Schijnzelfstandigen zijn personen die op papier als zelfstandige worden ingehuurd door een opdrachtgever, maar feitelijk in loondienst zijn en arbeid verrichten tegen een vast aantal uren per week. De wijzigingen zijn dus bedoeld om oneerlijke concurrentie op arbeidsvoorwaarden tegen te gaan.
Onduidelijkheid over vakantiebijslag over overwerk
De WML bepaalde in het verleden dat inkomsten uit overwerk niet onder de definitie “loon” vielen. Hierdoor hoefden werkgevers geen vakantietoeslag te betalen over overuren. Door de wijziging van de WML per 1 januari 2018 vallen inkomsten uit overwerk wél onder de definitie loon en heeft een werknemer niet alleen recht op het minimumloon, maar ook op vakantietoeslag over zijn overuren. De bedoeling van de wetgever is aldus dat over alle gewerkte uren minimaal het minimumloon wordt betaald vermeerderd met de vakantietoeslag. De wetgever zegt daarover: Als in uw branche of in het contract van de werknemer de volledige werkweek 40 uren telt en de werknemer 5 uren extra werkt, heeft hij dus minimaal recht op 45 keer het minimumloon per uur. Over al deze uren dient dan dus ook vakantietoeslag te worden betaald.
Wat nu als er reeds meer dan het minimumloon wordt betaald en er ook een overwerktoeslag wordt betaald? Moet dan over die overwerktoeslag ook nog 8% worden betaald? Hierover heeft de wetgever nog geen duidelijkheid verstrekt. Betoogd kan worden dat dit niet de bedoeling van de wetgever is geweest. De wetgever wenst dat er minimaal het minimumloon met vakantiegeld wordt betaald voor alle gewerkte uren. Als dat het geval is, is aan de wens van de wetgever voldaan. Indien binnen een organisatie ruime overwerktoeslagen worden betaald kan gesteld worden dat de 8% vakantietoeslag daarin is opgenomen.
Uitzonderingen op vakantiebijslag over overwerk
-
tot 1 januari 2019 kunnen overuren nog gecompenseerd worden door compensatie van vrije tijd over overwerk indien de werknemer hiermee schriftelijk instemt. Na 1 januari 2019 kan dit alleen nog als deze compensatiemogelijkheid in de cao is vastgelegd;
-
in een cao kan worden afgeweken van de verplichting om over het loon (inclusief overuren) vakantietoeslag te moeten betalen. Van belang is dus om in de desbetreffende cao te kijken over welk loon precies vakantietoeslag wordt opgebouwd. In bijvoorbeeld de cao Motorvoertuigen- en Tweewielerbedrijf is gebruik gemaakt van een afwijkingsmogelijkheid. Daar staat namelijk in dat een werkgever geen vakantietoeslag hoeft te betalen over de overwerkvergoeding;
-
met werknemers met een hoog (basis)loon kan afgesproken zijn dat een vergoeding voor overwerk inbegrepen is in het (basis)loon.
Het advies is om binnen uw organisatie kritisch te kijken of u aan deze regelgeving voldoet. Wanneer hierover vragen zijn, bespreken wij dat graag met u.